Op ruim twee maanden tijd heeft de federale politie tijdens gerichte controles 950 mensen zonder papieren opgepakt. Dat heeft minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) in de Kamer geantwoord op een vraag van Katja Gabriëls (Open Vld). Ook een "hele reeks" mensensmokkelaars werd bij de kraag gevat, maar daarover kon de minister geen precieze cijfers meedelen.
Sinds 22 september voert de federale politie meer gerichte controles uit om mensensmokkel en illegale immigratie tegen te gaan. Die vinden niet alleen plaats aan grensstroken of op plaatsen op de weg, maar ook op snelwegparkings, op het spoor en in luchthavens. Gabriëls wilde van de minister weten hoeveel mensen daarbij intussen zijn opgepakt en wat er nadien met hen gebeurt.
Volgens Jambon werden tot en met eind november 950 personen opgepakt, van wie het leeuwendeel bij controles op het spoor (418) en op de weg (385). De belangrijkste landen van herkomst waren Syrië, Irak, Afghanistan en Iran. "Ik kan daar nog bij zeggen dat in het kader van Medusa (zoals de operatie heet) ook al een hele reeks mensensmokkelaars is opgepakt", aldus Jambon, die evenwel het exacte cijfer niet kon meedelen.
Tijdens een onderschepping wordt naar het relaas van de betrokkene geluisterd en wordt de zogenaamde triptiek (foto, vingerafdruk en beschrijving) uitgevoerd. De politie bezorgt die informatie aan de Dienst Vreemdelingenzaken, die daarop beslist wat er met de persoon in kwestie moet gebeuren. Dat kan een bevel zijn om het grondgebied te verlaten, maar ook kan worden beslist hem of haar op te sluiten, te laten beschikken of de dienst Voogdij te contacteren wanneer het om een minderjarige gaat.