De federale werkgroep Politieke Vernieuwing, in het leven geroepen na de schandalen in de intercommunales, snijdt deze week de thema's kieswetgeving en burgerparticipatie aan. Katja Gabriels (Open VLD) stelt voor om de lijststem af te schaffen, om de greep van de partijen op het uiteindelijke resultaat te verkleinen.
Na de schandalen in intercommunales besloot het federale parlement een werkgroep politieke vernieuwing op te richten. Hoewel het hoofdzakelijk de taak is van de deelstaatparlementen en -regeringen om de misbruiken in die intercommunales aan te pakken, levert de werkgroep in het federaal parlement ook belangrijke resultaten op. Het doet het politieke bestel deugd om eens in de zoveel jaren voor de spiegel te staan en alle regels, praktijken en vergoedingen tegen het licht te houden.
Zo eist de burger anno 2017 terecht meer transparantie en verantwoording van politici. De werkgroep startte dan ook met die onderwerpen. Politici moesten hun publieke mandatenlijst al bekend maken, binnenkort worden ook de exacte vergoedingen gepubliceerd. We breiden die aangifteplicht ook uit naar meer mandatarissen. Logisch, want het gaat over uw belastinggeld. De pensioenleeftijd wordt overal gelijkgesteld met die van werknemers. We voeren ook een lobbyregister in naar Europees voorbeeld en we publiceren jaarlijks de samenstelling van de kabinetten.
Het loon van Kamerleden was al afhankelijk van hun aanwezigheid in plenaire vergaderingen, binnenkort zal dat ook het geval zijn voor commissievergaderingen. We stellen duidelijke financiële grenzen aan de extra vergoedingen van de bijzondere functies in de Kamer. Deze komen overigens bovenop de 5%-loonbeperking en hervormingen uit de vorige legislatuur, die enkel op federaal niveau plaatsvonden en die iedereen inmiddels lang vergeten is.
Politieke hygiëne in plaats van antipolitiek
Het is een kwestie van politieke hygiëne. Een oefening die niet alleen de Kamer, maar alle parlementen zouden moeten maken. Maar waar we niet in meegaan, is de perfide afgunstcultuur, de zelfkastijding van de politiek, en de verdachtmakingen die politici herleiden tot corrupte graaiers. Dat soort plat populisme staat haaks op de finaliteit van de werkgroep. Het zorgt niet voor politieke vernieuwing, maar voedt alleen de antipolitiek.
Het zou dus fout zijn om onze werkgroep te beperken tot transparantie en verantwoording. Dan zijn we alleen met onszelf bezig. Neen, politieke vernieuwing moet bovenal gaan over de burgers. Hoe we de band tussen hen en de politici kunnen versterken. Hoe de burgers meer greep kunnen krijgen op de politiek. Hoe we onze democratie kunnen versterken. Dat dit nodig is, leren we uit de Democracy Index van The Economist. Daaruit blijkt dat België slechts op de 35ste plaats van democratieën staat, en een 'flawed democracy' is. Dit is geen rapport om trots op te zijn, en de matige score is volgens de studie haast uitsluitend te wijten aan een gebrek aan burgerparticipatie en de verstikkende greep van particratie.
Gelukkig snijden we vandaag in onze werkgroep de hoofdschotel aan. Mijn partij heeft de thema's kieswetgeving en burgerparticipatie hoog op de agenda gezet. Voor Open Vld is dit geen poging om de kar te overladen, maar net dé essentie. Om te stijgen op de democratie-index, hebben we een cultuuromslag nodig. Zo zijn er vandaag te veel mechanismen in ons kiessysteem die partijen de macht geven om het verkiezingsresultaat naar hun hand te zetten. Daarom willen wij de lijststem neutraliseren, zodat een kandidaat op plaats 12 evenveel kans maakt om verkozen te raken dan de lijsttrekker. Daarom willen wij het systeem van opvolgers afschaffen, zodat de kandidaat met de meeste stemmen effectief in het parlement komt bij een vervanging. De burger moet bepalen wie zetelt, niet de partij. Daarnaast willen wij de stemplicht vervangen door het stemrecht, ook voor jongeren vanaf 16 jaar. Het zal politici dwingen om hun stem te verdienen, om burgers te overtuigen.
Sommigen willen het cumulverbod op een lokaal en parlementair mandaat tot inzet van deze werkgroep maken. Wanneer we echter de macht in onze democratie teruggeven aan de burger door de lijststem en opvolgers af te schaffen, is deze cumuldiscussie zonder voorwerp.
Wil ik dat mijn burgemeester mij ook vertegenwoordigt in het parlement? Of vind ik dat beide taken niet combineerbaar zijn? Uit principe, of louter en alleen voor die politicus in kwestie? Wie is er beter geplaatst dan de burger om deze keuze zélf te maken. Daar hebben we heus geen betuttelende, veralgemenende en moraliserende wet voor nodig. Het kiessysteem democratisch maken, volstaat. Vandaag kan de kiezer een slecht presterend parlementslid niet wegstemmen. Morgen hopelijk wel. Geef de burger die vrijheid. Tijd voor de particraten om kleur te bekennen.